Hattu, Cornelis
Cornelis Hattu (geboren in Yogyakarta op 10 augustus 1923) wordt als KNIL-militair na de capitulatie van het KNIL in 1942 te Bandung krijgsgevangen gemaakt. Uiteindelijk transporteert het Japanse leger hem naar Saumlaki op het hoofdeiland Yamdena van de Tanimbar-archipel, om daar te werken aan Japanse stellingen en loopgraven.
Cornelis Hattu (geboren in Yogyakarta op 10 augustus 1923) wordt als KNIL-militair na de capitulatie van het KNIL in 1942 te Bandung krijgsgevangen gemaakt. Uiteindelijk transporteert het Japanse leger hem naar Saumlaki op het hoofdeiland Yamdena van de Tanimbar-archipel, om daar te werken aan Japanse stellingen en loopgraven. Vandaar wordt hij verplaatst naar Adaut op Selaru; het zuidelijke eiland van de Tanimbar-eilanden. Vanuit Selaru vlucht Hattu samen met vijf andere Molukse en één Menadonese krijgsgevangene in twee prauwen naar Australië. De prauwen zijn met een touw aan elkaar verbonden, maar tijdens een storm moeten ze het touw doorsnijden en raken ze elkaar kwijt. In plaats van de geschatte week, duurt de reis ruim drie weken. De prauw van Hattu wordt opgepikt door een Australisch vrachtschip, dat hen overbrengt naar Darwin waar zij op 5 december 1944 aankomen. In Australië verricht hij tot aan de Japanse capitulatie onderhoud aan vliegtuigen van de Nederlandse luchtmacht in Canberra.
Videofragment Interview Cornelis Hattu. Vught, 23 maart 2006
Zuid Molukken
Bekijk bronnen/afbeeldingen
